dinsdag 6 juni 2017

10 dagen geboorteverlof genoeg? Ik dacht het niet!

Mijn zus, strijdvaardig als ze is, vroeg me mijn mening over het geboorteverlof voor vaders (ook gekend als vaderschapsverlof) en meemoeders. Te kort! Dat is het! Daarom roepen de vrouwenraad en de gezinsbond op om dit verlof te verdubbelen. Daar ben ik voor! Ze lanceren hiervoor een petitie die je hier kan ondertekenen. 

Ik schreef eerder, veel eerder, al eens over de beperkte periode dat ik als meemoeder thuis mocht blijven toen mijn partner beviel van ons eerste kindje. 

Om deze post verder goed te volgen, raad ik aan eerst dit oud stukje te lezen want ik brei er graag op verder met mijn nieuwe ervaringen, zijnde de geboorte van ons tweede kindje. 



Lore is nu bijna drie en ik merk dat ze nu veel meer naar haar mamie (de biologische moeder van Lore) gaat dan naar mij (meemoeder van Lore). Als mamie gaat werken, is het groot verdriet. Als ik ga werken, zegt ze flink 'daag' en gaat ze verder met de orde van de dag. Bij mijn schoonzus is het ook zo dat haar twee zoontjes huilen als zij ze afzet op school, maar als papa ze brengt niet. Ligt het aan die moederlijke biologische band? Ligt het aan die hechting van de eerste maanden? 


Lore en mamie

Seppe en mama

Ik ben alvast benieuwd hoe ons gezin verder zal uitgroeien. Bijna een jaar geleden is ons tweede kindje geboren. Dit keer was ik de dragende mama en was ik de mama die de beste en snelste troost kon bieden. De rollen omgedraaid. Ik ben nu heel benieuwd hoe het zal zijn als hij drie jaar zal zijn. Zal hij dan ook meer naar mamie gaan of naar mama? Is dit de moeite waard om te onderzoeken met lesbische paren om zo te ontdekken wat de impact van die eerste maanden (of de impact van een biologische band) doet met een kind?

Even kort nog over de kraamperiode van ons tweede kindje. Seppe bleef ongeveer tien dagen in het ziekenhuis. Ik wilde alles doen voor mijn baby, ook al was ik zelf al ontslagen uit het ziekenhuis. 


Seppe op neonatalogie 

Doordat ik wist dat het over een relatief korte periode ging dat Seppe alleen in het ziekenhuis bleef, koos ik ervoor om de volledige dag bij hem te zijn. Concreet betekende dat:


  • Opstaan en douchen om 7u of 6u30 (want persoonlijke hygiëne is uiterst belangrijk na een bevalling). Hierna een half uurtje bij Lore zijn.
  • Vertrekken om 7u45 (elke dag kwam iemand mij halen omdat ik nog niet zelf terug met de auto mocht rijden). An (mijn partner) bleef telkens thuis met de oudste, al dan niet tot er opvang mogelijk was.
  • Om 8u zeker in het ziekenhuis zijn voor de eerste voeding van Seppe (ik gaf borstvoeding). De hele dag in het ziekenhuis verblijven om tussenin telkens Seppe te kunnen aanleggen (stimuleren borstvoeding, hechting).
  • Om 17u gaf ik de laatste voeding en om 18u vertrok ik naar huis. 

Thuis had ik dan nog ongeveer een uurtje met de oudste dochter tot zij ging slapen. In dat uurtje was ik wel heel erg moe door de hele dag in het ziekenhuis te zijn. Meeslapen met je baby is namelijk moeilijk op die manier. Ik vroeg een bed om bij zijn bedje te zetten op de neonatale, maar dit kon niet vanuit het ziekenhuis. Daardoor waren dit erg zware dagen.

De avonden waren gevuld met: tot rust komen bij de tv, eten, kolven om 21u en om 23u
Na de laatste kolfbeurt kon ik slapen, maar tijdens de nacht stond ik telkens 1 keer op om te kolven. In principe had ik dit dubbel moeten doen maar doordat alles al zo zwaar was, koos ik ervoor om die nachten mijn nachtrust te laten primeren.


"Op het moment dat Seppe naar huis mee mocht, 
was het geboorteverlof zo goed als op"

In deze periode was An thuis in geboorteverlof. Zo was dit haalbaar voor mij om me volledig te focussen op de nieuwe baby die de moedermelk maar al te goed kon gebruiken om aan te sterken. Zo was het voor mij haalbaar (eigenlijk maar net want ik voelde me elke dag meer en meer verslappen) omdat ik de extra zorg voor Lore er niet moest bij nemen. Ik had mijn partner dus nodig als mentale steun maar ook heel erg als praktische achterban. Zij deed ALLES! Boodschappen, voor eten zorgen, voor de dochter zorgen, voor mij zorgen... En ja, ook nog elke dag op bezoek komen naar Seppe. Niet onnodig dus dat de partner in deze periode thuis kan blijven.
Nadeel hieraan: op het moment dat Seppe naar huis mee mocht naar huis, was dat geboorteverlof zo goed als op. Hij kon mee op dag 10 van zijn leventje.

We hadden 'geluk': Seppe werd geboren midden juni en we wisten op voorhand dat het geboorteverlof alleen te weinig zou zijn, daarom maakten we een handige constructie met verlofdagen. Op het geboorteverlof van An volgde er dus automatisch gewoon verlof in de eerste weken van juli. Op die manier kon An maar liefst een maand thuis blijven met mij en Seppe. 

Ook dat was weer geen écht verlof natuurlijk. De eerste dagen (eigenlijk weken) waren heel zwaar. De borstvoeding verliep niet zoals het moest. Ik moest een week lang elke voeding geven aan Seppe + kolven + een flesje bijgeven omdat hij niet genoeg bijkwam in gewicht. Seppe dronk echter om de twee uur. Dat wilde dus zeggen dat er een uur gespendeerd werd aan het hele voedingsgebeuren en dat het een uurtje erna opnieuw van start ging. Dat kolven en flesje bijgeven was erg intensief in ons gezin. Want daarvan heb je ook weer immens veel afwas :) En een kleine baby drinkt de fles niet zoals een grote baby dus daar moesten we ook telkens veel energie in steken (in de borstvoeding ook trouwens, ik moest er echt actief mee bezig zijn). 
Die uurtjes tussenin gebruikte ik om zelf snel te eten of te douchen. Meer dan dat werd er in die week niet gedaan.

Daarbovenop hadden we nog onze grote dochter die ook aandacht vroeg. Die eerste weken waren we eigenlijk elk met een kind bezig, van 's morgens vroeg tot 's avonds laat. We kregen (gelukkig) niet veel bezoek :) We hadden er geen tijd voor.

Die lastige periode met de borstvoeding was echt doorbijten voor mij, als ik wilde dat het zou lukken. En dat is me gelukt dankzij, weeral, de steun van An. Zij die alles in het huishouden deed, alles met Lore, en meestal ook de extra melk aan Seppe in de fles gaf zodat ik na het kolven toch een klein beetje tijd had om te recupereren. Weer veel praktische en morele steun.


"Als je baby op de neonatale opgenomen is, 
wordt het moederschapsverlof verlengd met die dagen.
Zo 'verlies' je die niet.
Maar waarom is dat voor de partner niet zo? 
Ik had haar nodig in die periode. Maar ook in de periode erna"

Ik mag er echt niet aan denken dat ik die periode al alleen thuis zou gezeten hebben. Ik zou me heel eenzaam gevoeld hebben. Ik ben heel blij dat An haar zomerverlof aan haar geboorteverlof kon plakken want we wisten dat het anders te kort zou zijn. In ons geval had het erop neer gekomen dat An twee dagjes thuis zou geweest zijn met Seppe en daarna zou moeten werken.
Als je baby op de neonatale opgenomen is, wordt het moederschapsverlof verlengd met die dagen. Zo 'verlies' je die niet. Maar waarom is dat voor de partner niet zo? Ik had haar nodig in die periode. Maar ook in de periode erna. 


Ook overtuigd? Laat je horen en teken de petitie. Teken mee voor een betere start voor startende gezinnen. 

donderdag 17 november 2016

Schrijven over mama

Mijn zus schreef veel over mama en alles wat ze beleefde in de periode rond mama's dood. Dat deed ik ook. Maar ondertussen is het al meer dan een jaar geleden dat ik erover schreef.  Sofies teksten hebben me altijd deugd gedaan. Ook nu, nu er een artikel over onze mama verscheen in Psychologies Magazine. Het brengt zoveel herinneringen terug naar boven die ik koester, hoe verschrikkelijk pijnlijk ze ook zijn. Bij het lezen van haar verhaal voelde ik de heimwee naar die periode,  naar de weken die we nog zoveel bij mama waren, naar al die kleine momenten van liefde, naar mama.

En toch is het raar. Want tijdens die weken was de pijn zo vreselijk dat ik verlangde naar de periode erna, wanneer alles voorbij zou zijn en dood gaan en afscheid nemen niet meer zo'n prominente plaats in ons leven zou innemen. 


Dankzij de teksten van mijn zus zullen de herinneringen nooit vervagen. En dat is een heel groot geschenk. Dankjewel lief zusje.

maandag 25 juli 2016

Eén jaar geleden

Het is morgen een jaar geleden dat mama stierf. Morgen is het de eerste verjaardag van haar sterfdatum. Het is gek hoe snel dat jaar voorbij is gegaan, zeker als ik terugdenk aan vorig jaar. Het contrast met deze zomer kon niet groter zijn, zei mijn zus. Ze heeft groot gelijk. Dit jaar is er een zomer, kunnen we genieten. We genieten van de zon, van de kindjes, van de tuin, van lekkere ijsjes, van elkaars gezelschap. Net zoals iedereen eigenlijk, we genieten van het leven. Het gemis krijgt steeds meer een plaats en het wordt draaglijker. Maar soms kan je er niet omheen. Er zijn momenten waar de leegte op je valt. Zonder waarschuwing, zomaar plots. BOEM! Je mama is dood!
Zo zagen die momenten er voor mij uit.

Ik dacht mijn hele zwangerschap dat de geboorte van mijn zoontje zowel vreugdevol als triest zou zijn. Maar toen hij er eindelijk was, was het enkel maar vreugdevol. Ik genoot met volle teugen van mijn kleine baby. Ik dacht wel aan mama. Ik vond het erg dat ze er niet bij kon zijn, dat zij zo trots zou geweest zijn en dat ze met zoveel plezier ons hele huishouden zou overgenomen hebben. Maar ik kreeg geen klop van de hamer. Een dag later wel. Seppe bleek ziek en werd opgenomen op de neonatologie. Daar zat ik dan, nog volop herstellende van de bevalling, in het ziekenhuisbed. Midden in de nacht kwamen ze Seppe onderzoeken en aan het voeteinde van mijn bed vertelde de arts me dat ze hem zouden meenemen. De tranen rolden uit mijn ogen. Ik begreep het nog niet goed, maar ik begreep wel dat hij niet meer bij mij zou zijn. De dag erna was mama de enige die ik wou opbellen. Op dat moment wou ik enkel en alleen mama die bij me kon zijn, me eens vasthouden, er gewoon zijn voor me om me de steun te geven die ze me altijd al had gegeven. Ik had haar écht nodig en ze was er niet. Dat maakte het allemaal extra zwaar.

Drie dagen voor mama haar sterfdatum was de trouwdag van An haar papa met zijn nieuwe vriendin (P.). In het stadhuis werden de bijhorende feestelijke foto’s gemaakt. Mijn schoonvader, zijn vrouw, schoonbroers- en zus, An, de kleinkindjes. P. hield ons Seppetje vast. Het was echt een plaatje. Toen de foto genomen was, dacht de fotograaf nog een foto te maken van P. en Seppe. Hij maakte daarbij de grote fout het als volgt te benoemen: “Nog een close up met oma”. En toen viel het erger dan ooit op me. Dit is niet oma! En daarbij besefte ik zo intens dat Seppe nooit een foto zal hebben met zijn oma, dat hij zijn oma nooit zal kennen en hoe erg ik dat wel vind. Uit het niets zat ik daar op de trapjes van het stadhuis te snikken en te wenen als een klein kind.

Vorige week ging Lore logeren bij tante Sofie. Maar wel in Zuienkerke. Het was een echt zomers tafereel: de drie grootste kleinkinderen in zwemkleertjes aan het spelen met water, de tuin die bezaaid ligt met fietsen en ander speelgoed, Lore die zo schattig samenspeelt met haar neefje en nichtje. Het was zo mooi en tegelijk vond ik het ook erg triest. Dit was een moment dat voor mama een hoogdag zou geweest zijn: alle kleinkinderen rond haar, zalig zonnig weer. Dat is pas echt genieten. En toen voelde ik de afwezigheid van mama des te meer.

Och mama, we missen je zo! 

donderdag 24 september 2015

Eerste hulp bij euthanasie

Ik heb er niet veel over gelezen, en ik ben geen grote kenner van wetgeving of van alles wat de dokters moeten weten. Ik heb geen poot om op te staan om een argument te verdedigen. Het enige wat ik heb en het enige van waaruit ik spreek zijn mijn ervaringen. En die heb ik jammer genoeg wel op vlak van euthanasie.

Een resem dokters komen langs nadat mama haar wil voor euthanasie duidelijk heeft gemaakt, en stellen vragen over mama en haar ziekte. Aan haar, aan ons. De dokters vragen keer op keer hoe wij, de kinderen en de echtgenoot, tegenover mama's beslissing staan. Dat is allemaal nodig om te kunnen goedkeuren dat mama wel degelijk kan geholpen worden door te sterven.

Wekenlang vulden wij onze tijd met pogingen om iets te ondernemen in het leven, maar vooral veel bij mama zijn. Als de tijd op begint te raken, besef je plots toch wel dat dat het enige is wat je nog wil en kan doen. Bij elkaar zijn, want binnenkort kan het nooit meer. Wil je dat eigenlijk ooit voordien weten? Want hoe weet je of je net genoeg wel of net niet te veel bij elkaar bent? Want mama had het ook niet gemakkelijk, met al dat verdriet om haar heen. Was het voor haar eens niet te veel? Wou zij eens niet gewoon alleen zijn en met rust gelaten worden?

Ik denk dat ik er al duidelijk over ben geweest in mijn vorige blogs: afscheid nemen is de hel, gepland afscheid nemen is onmenselijk. Maar het gaat niet enkel over het moment van afscheid nemen. Het zijn de weken die eraan voorafgaan die slopend zijn. De weken erna ook. En zo kom je op enkele maanden. Slopende maanden.

Het meest onwezenlijke moest gebeuren, het was en is niet te bevatten wat de term 'euthanasie' allemaal inhoudt en wat erbij komt kijken. Voor dokters gaat het alleen maar over een zieke persoon die kiest voor de dood, en daar hebben ze een spuit voor. Voor ons is het meer dan dat. Veel gevoelens waarvan je niet weet wat het is, laat staan hoe je ermee moet omgaan. Maar daar sta je dan, alleen. Er werd nooit hulp aangeboden. Ik kan me niet herinneren dat woorden als 'psycholoog' of 'rouwbegeleiding' of andere werden vernoemd. Na het ondervraaguurtje gingen dokters weer weg en waren wij weer alleen. Daar maken ze, naar mijn gevoel, een grote fout.

Ik weet niet of ik hier juist mee om ga. Ik heb het gevoel van niet. En de enige vorm van hulp die mij werd aangeboden, kwam tien minuten nadat mama stierf. Haar huisarts, die bij alles aanwezig was, die ons vroeg of we nog iets nodig hadden, waarmee ze doelde op kalmeerpillen. Allemaal goed en wel, die kalmeerpillen, misschien voor de eerste schok. Maar ik ben op dat vlak dan nog ouderwets en als mijn mama doodgaat, vind ik dat ik het wel mag voelen. De pijn die ik voel bij het verliezen van mijn mama, moet ik niet gaan onderdrukken met medicatie. Daarvoor heb ik dan vriendelijk bedankt. Maar daar bleef het dan bij. Enkel kalmeerpillen in de aanbieding voor mensen die moeten omgaan met euthanasie.

Ben ik de enige die zich niet sterk genoeg voelt om er alleen mee om te gaan? Ligt dit aan mij? Of ligt dit aan de gebrekkige hulpverlening? Moet ik inderdaad, zoals zoveel mensen het met zoveel gemak uitspreken, het allemaal een plaatsje geven? Of hebben nabestaanden recht op een degelijke begeleiding bij de verwerking van het verlies bij een euthanasie?

zaterdag 5 september 2015

Hoofd vol gedachten

De hele dag door denken en piekeren. Gaan werken als afleiding? Niets van. Gaan werken zorgt er alleen maar voor dat ik nòg meer pieker. Nog meer dus. Tijdens het werken, door het werken, over het werken, en over alles waar ik nu al maandenlang over pieker. Echt gezond lijkt me dit niet. Ik weet niet waar ik heen moet met al die gedachten. Ik weet niet wat ik ermee moet. Ik weet niet hoe ik rust moet krijgen in mijn hoofd. Want dat wil ik heel erg graag. Rust in mijn hoofd. En gewoon eens iets doen zonder over honderd andere dingen te denken. Gewoon eens iets leuks doen, zonder me schuldig te voelen over alles wat ik niet doe en niet kan doen. Gewoon eens iets leuks doen zonder bij alles aan mama te denken. Want alles doet me aan haar denken. Echt alles. 

Been trough hell

Hoe meer ik erover nadenk, hoe meer ik het besef: deze zomer was echt de hel. Geen wonder dat ik me niet goed voel, dat ik niet meer die vrolijke meid van voordien ben. Wat ik deze zomer moest mee maken, dat was écht wel de hel. Mama voor m'n ogen zien sterven, de dokter die haar zo koel de inspuiting geeft, het leek niet meer dan een bloedpriktestje. Maar het was veel meer dan dat. Het was het einde van mama's leven. De pijn die onmiddellijk hier na volgde. Ook al wist ik meer dan een maand dat dit moment ging komen, dat we moesten afscheid nemen van mama. Die klap van het echte dood-zijn kwam toen zo hard aan. En die klap blijf ik elke dag voelen. Ik mis haar. Ik mis het hoe ze me met haar wijze woorden altijd weer moed gaf om door te gaan en niet op te geven. Ik wil bij haar te rade gaan, vragen hoe ik dingen moet aanpakken, hoe zij het zou doen. En elke keer stoot ik op de realiteit: ze is er niet meer. Time to grow up. En dan maar voortdoen. Hoe lang hou ik het nog vol? Waarom moet ik het nu al alleen kunnen? En dan denk ik aan mama, en aan deze zomer, het afscheid. En dan beleef ik die hel helemaal opnieuw. Keer op keer. Beelden flitsen in m'n hoofd voorbij: na een verschrikkelijke dag de dokter door het raam zien toekomen met z'n akelig gevulde boekentas, de kamer, de tranen, de blik in haar ogen, de spuit.

Maar dan komt de trein aan, moet ik naar m'n werk en moet ik die gedachten opbergen voor een andere keer. Tijd voor m'n pokerface en sterk zijn. Ik haat sterk zijn.

Afscheid nemen bestaat niet?

Dat afscheid nemen niet bestaat, dat wordt wel eens gezegd tegen mensen in rouw. De mooie gedachte daarin kan ik niet volgen. Afscheid nemen bestaat niet, want wie graag gezien wordt, wie herinnerd wordt, leeft verder in ons hart. Allemaal bla bla als je 't mij vraagt. Afscheid nemen bestaat wel, en dat hebben we aan de lijve ondervonden vanaf de dag dat mama ons op haar manier vertelde dat ze euthanasie wou. Van die dag namen we afscheid van haar, elke dag weer een beetje meer. En in haar laatste week namen we nog meer afscheid. En haar voorlaatste dag weer een beetje meer, en haar laatste dag ook. Haar laatste uur en haar laatste minuut. Allemaal momenten van afscheid nemen. Afscheid nemen bestaat wel en het is keihard om te doen!