Begin februari werd ons leven compleet ondersteboven
gegooid. Heel wat mensen zaten met ons en met onze mama in, waren bezorgd en
vroegen hoe het met haar was. Drie maanden later hebben we onze draai in het
leven een beetje teruggevonden. De situatie verandert, maar blijft er wel. Veel
mensen hebben zo’n bewondering voor onze vader, om wat hij allemaal doet voor
mama. Maar ik vind dat mijn broer en mijn zus ook veel bewondering verdienen. Het
leven loopt voor ons ook niet meer zoals het zou moeten. En mensen staan er
vaak niet bij stil dat wij dat moeten zien te combineren met een gezin, een
drukke job, een relatie waar we aandacht aan moeten besteden.
Mijn zus zit gevangen tussen de zorg voor onze moeder en de
zorg voor haar eenjarige prinses. Elke week rijdt ze meerdere keren van
Antwerpen naar Brugge om bij mama te zijn. Soms neemt ze Martha mee en beperkt
ze zo de tijd van dat kleine mormel om te spelen of te slapen. Soms laat ze
Martha thuis zodat ze meer kan spelen en slapen, maar dan ziet ze haar wel niet
die dag. Ik heb er bewondering voor dat ze ondanks die moeilijke keuzes toch zo
vaak blijft komen naar mama.
Mijn broer heeft een drukke job, en werkt daarnaast graag
thuis nog meer. Een echte workaholic is hij, net als mama. Maar toch slaagt hij
erin na een drukke werkdag steeds langs te komen in het ziekenhuis, en een heel
eind bij mama te zijn. Soms is het vermoeiend, als mama iets wil zeggen en wij
te moe zijn om te raden. Het is voor niemand leuk of gemakkelijk. Maar soms wil
je gewoon in je zetel liggen en je eigen ding doen. Dat doen we niet, want we
willen er zijn voor mama. Ik heb er bewondering voor dat hij ondanks die drukke
dagen, toch altijd nog tijd maakt voor mama.
Daarom liefste broer en zus, petje af voor jullie! Ik kan me
geen betere broer en zus inbeelden. Dat wist ik voordien al, maar dat hebben
jullie sinds februari honderd keer en meer bevestigd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten