woensdag 5 oktober 2011

Heb je een vuurtje?

Dat is werkelijk de stomste openingszin ooit.

Wat gebeurt er als ik inderdaad een vuurtje zou hebben?
Dan zou ik je sigaret aansteken uit vriendelijkheid een sigaretje meeroken. Want als ik een vuurtje bij heb, ben ik hoogstwaarschijnlijk ook een roker. Dan roken en stinken we gezellig samen, maar tegelijk ontsnapt mijn aandacht niet aan het feit dat ik jou een mislukte roker vind. Want welke roker heeft nu sigaretten bij en geen vuurtje?

Wat gebeurt er als ik geen vuurtje zou hebben?
Dan staan we te praten, want dat is uiteindelijk wel de bedoeling van je vraag. Ik met niets in mijn handen, maar jij met een niet-brandende sigaret tussen je vingers. Eigenlijk wil je niets liever dan hem oproken en bijgevolg kan het gesprek dan ook niet snel genoeg gedaan zijn voor je, zodat iemand anders je sigaret kan aansteken. Of jijzelf, met je aansteker die eigenlijk de hele tijd al in je zak zat. Want welke roker heeft nu sigaretten bij en geen vuurtje?

maandag 19 september 2011

Er zit meer in een sollicitatie dan je denkt

Ik heb in mijn korte opvoederscarriere al veel sollicitaties achter de rug. Over solliciteren vind je heel wat terug op internet, van hoe je je moet kleden tot hoe je op allerlei vragen moet antwoorden, van wat je moet meebrengen en wat je zeker niet mag meebrengen tot welke vragen op elk gesprek gesteld worden. Maar wat ze je op internet niet vertellen, is dat een sollicitatie ook voorspellende krachten heeft.
Mijn sollicitatie op zich geeft elke keer een beeld van hoe mijn job er zou uitzien. Dat was zo op mijn eerste job. Het was een kort en bondig gesprek, de beslissing dat ik weerhouden was werd tijdens het gesprek zelf genomen. De job zelf was ook kort en bondig, want na een interim van drie weken was het al voorbij.
Daarna ging ik op gesprek bij mijn toen toekomstige werkgever. Tijdens het gesprek moest ik eigenlijk bitter weinig zeggen. Het was de directeur die veel vertelde en ik die veel luisterde. En zo was het ook op het werk. Ik werd nooit gehoord, en het was de directeur die alle beslissingen nam. Achteraf gezien duurde mijn tijd op die werkplek véél te lang, net als het sollicitatiegesprek waar maar geen einde aan leek te komen.
Toen ik solliciteerde voor mijn huidige job kwam ik op de schriftelijke proef te laat en vond ik de weg niet. Toen ik naar het mondelinge deel mocht vond ik opnieuw de weg niet door wegenwerken, waardoor ik opnieuw bijna te laat kwam. En elke keer ik nu de kinderen moet brengen of halen van of naar een speelplein, een school, een hobby… verdwaal ik door de straten van Oostende en kom ik overal te laat. Gelukkig verliep de sollicitatie zelf heel vlot, en voelde ik me er op mijn plaats. Ja hoor, solliciteren is meer dan alleen de woorden die je zegt en de kleren die je aantrekt. 

donderdag 1 september 2011

Ik denk dat ik het nooit beu raak


Ik denk dat ik het nooit beu raak om de deur uit te stappen en in ‘t stad te zijn. Ik denk dat ik het nooit beu raak te voelen wat ik voel als zij thuis komt. Ik denk dat ik het nooit beu raak om volmondig ‘ja’ te kunnen antwoorden als mensen in Brugge vragen of ik ‘van hier ben’. Ik denk dat ik het nooit beu raak om samen met haar in onze zetel te zitten. Ik denk dat ik het nooit beu raak om naast haar wakker te worden. Ik denk dat ik het nooit beu raak dat ze zo mooi is. Ik raak het nooit beu om gelukkig te zijn.

dinsdag 23 augustus 2011

Een jarig gevoel op 19 augustus


Toen het mijn verjaardag was, voelde ik me niet jarig, en was ik voor de zoveelste keer teleurgesteld omdat ik geen jarig gevoel had op mijn verjaardag. Maar nu weet ik hoe ik volgend jaar voor een jarig gevoel kan zorgen op 28 juni. Ik vraag gewoon aan mijn papa dat hij wafels voor me bakt. Als mijn papa wafels bakt en ik mag ze recht uit het ijzer, verser dan vers, opeten… dàn voel ik me jarig!

zaterdag 20 augustus 2011

Verhuizen is...

… een beetje nostalgisch en evenveel confronterend met een jongere versie van jezelf, eindelijk eens beseffen wat je in al die jaren al hebt verzameld van knutselmateriaal, alles labelen en tegelijk denken aan wat je zus daarvan zou zeggen, constant denken hoe het anders kon gelopen zijn met de bijhorende 'stel je voor dat'-zinnetjes, een ideale dieetkuur, zoveel meer dan enkel maar dozen inpakken en elders uitpakken.

dinsdag 16 augustus 2011

Over sleutels


Mijn sleutelbos is onherkenbaar veranderd. Dan kan je wel zeggen dat mijn leven ook onherkenbaar veranderd is. Het enige wat bleef en zal blijven is de sleutelhanger. Mijn huissleutel werd een bezoeksleutel, want een nieuwe, Brugse, huissleutel kwam in de plaats. De autosleutel is er nu definitief van, want ik rij niet langer rond met de auto van mama en papa. Vanaf nu is volop fietsen (en een beetje treinen). Mijn fietssleutelbos is een beetje uitgebreider geworden, want ik heb nu sleutels van gestolen fietsen die ik niet meer kan gebruiken, een sleutel van mijn fiets in Brugge en een sleutel van mijn fiets in Oostende. Een werksleutel is er niet bij gekomen aan mijn sleutelbos. De reden daarvoor is gelukkig niet dat ik geen werk heb, maar wel dat ik er een derde sleutelbos bij kreeg: een werksleutelbos.
Gek hé. Zoveel veranderingen op zo weinig tijd.


Verhuizen - Verhozen - Verhezen

In 2011 zette ik een reuzestap in mijn leven: ik verliet het ouderlijk nest en ruilde dat om voor een veel kleiner huisje op een plek die niet te vergelijken valt met de plek waar ik opgroeide. Van puur platteland naar midden in de stad.
Verhuizen vergt veel tijd, maar als dat samen is met iemand die je graag hebt (lees: graag ziet), is dat allemaal heel erg leuk.
Dit is hoe wij het deden:

Stap 1: Huis zoeken
Stap 2: Contract tekenen
Stap 3: Schilderen
Stap 4: Meubels verhuizen
Stap 5: Inrichten
Stap 6: Genieten

Was het maar zo simpel als dat. Bij elke stap die we zetten, werd alles tot in detail besproken, gewikt en gewogen.

Stap 1: Huis zoeken
We zagen veel lachwekkende eigenschappen aan verschillende huizen. En waar we nu wonen is geen uitzondering die de regel bevestigt. Het is een typisch Brugs huis, zijnde schots en scheef. Tijdens de internetzoektocht lachten we dat huis een paar keer uit. Maar toen na vier keer het huis niet te willen bezoeken, wisten we niet erg goed meer waarom we dat huis nu eigenlijk niet zouden bezoeken. Tot die bewuste foto op ons scherm verscheen. “Ah ja, daarom” en buldergelach volgde er steeds op. Maar toen besloten we het huis toch een kans te geven en te bekijken. En dat huis bevestigde ook de regel dat een eerste indruk nooit telt. Want het huis was ons favorietje.

Stap 2: Contract tekenen
We hoopten op het contract, maar het zou toch nooit van ons zijn, want het was te mooi om waar te zijn. Toen we bij de laatste drie nog steeds in de running waren, sprong ik een gat in de lucht. En toen het effectief voor ons was, konden we het niet snel genoeg gaan tekenen.


Stap 3: Schilderen
En dan zeg ik nog niets over het kiezen van de kleuren…




Stap 4: Meubels verhuizen
En dan zeg ik nog niets over het kiezen van de meubels… En over ze in elkaar zetten...



Stap 5: Inrichten
“Waarom staat jullie tafel daar? En jullie zetel hier? Waarom is dat niet jullie slaapkamer?” We hebben er echt wel over nagedacht, en wij vinden het zo ideaal mét een reden.

Stap 6: Genieten
En dat doen we! Van elke ruimte van het huis. Van het berghok tot de zolder…

And last but not least, schreven we bij elke stap wel zeker tien to do-lijstjes of to buy-lijstjes. Neuroten? Wij? Nee toch…

zondag 24 juli 2011

Bivak! Mijn voorkamp

Mijn eerste echte grote bivak met de Chiro is EIN-DE-LIJK  begonnen (zo’n zeventien jaar te laat). Jammergenoeg zit daar een tussenpauze in om te gaan werken, maar het voordeel daarvan is dat ik tijd heb om snel wat te bloggen. Want er valt al veel te bloggen, en dat over amper twee dagjes.

Het begon met de treinrit, die iets minder vlot verliep dan gedacht. We namen de trein naar Berchem en stapten daar over naar de trein naar Turnhout, of was het nu Tielen? Dat dachten we toch! We zaten op de verkeerde trein, en de conducteur had al zoveel werk gehad, dat ze pas bij ons was toen we al in Olen waren! Daar stonden we dan. In Olen. Midden in de nacht. Met geen treinen meer. Gelukkig kon Karel(tje) ons komen halen en waren we gered. Wat een avontuur. Het cafeetje in Olen was veruit het lelijkste café dat ik ooit gezien had, en daar bovenop waren het nog eens wetsovertreders ook!

Dag één. We maakten een ferme materiaalhoek, we bouwden aan het decor, we oefenen het kampdansje, we bouwden  aan het decor, we waren stout en we bouwden aan het decor. De materiaalhoek is hoe ik ze graag heb: gestructureerd (neuroot!).

Het dansje oefenen vond ik eigenlijk het moeilijkste van heel de dag, want ik kan eigenlijk niet dansen en ik kan al zeker geen pasjes onthouden. Maar het dansje is eigenlijk wel leuk en schattig. Mijn lievelingszinnetje van heel het liedje is: "Je voelt je een wilde indiaan". 't Is maar een weetje hé.


Het leukste was het decor bouwen. Sjorren kan ik niet, hoewel ik dat een klein jaar geleden wel leerde. Maar knutselen, dat kan ik als de beste! Ik bouwde een totempaal, en schilderde die samen met Joke en Yasmine in de mooiste kleuren. En ik ben nog steeds onder de indruk als ik naar de totempaal kijk, maar dat is grotendeels te danken aan de tekentalenten van Joke. Dan sjorden Karel, Koen, An en Yasmine de tipi's, en ik hielp de grote tipi bestoffen en bevloeren. Ja, dat is het ongeveer. Veel valt daar niet over te vertellen, maar het was wel een ferm werkje. Als pauze hielp ik patatjes schillen, en toen dat klaar was, knutselde ik mijn indianenkleedje. Het was eerst een afschuwelijk bruin kleed dat ik kocht in de kringwinkel, maar na er de schaar in te zetten, was het een heel leuk indianenkleedje.

Nacht twee. Iedereen ging VROEG slapen, of toch de leiders die achterbleven. Want de helft van de leiding was die middag vertrokken om thuis te gaan slapen en 's anderendaags vroeg de trein te nemen met de kindjes. Ik wilde niet vroeg slapen, want ik was helemaal niet moe. Ik wilde op avontuur in het bos. En dat deden we. 'We' zijn hier de kokjes en ikzelve. Avontuur in het bos en in de nacht. De dag erna vertelden ze me dat ze nog eens 's nachts op avontuur willen, om nog meer grapjes uit te halen. En mijn plan is om daaraan mee te doen. Dat is het plan! Niet meer en niet minder.

Dag twee. We hadden nog een voormiddagje om de bivakplaats volledig kinderklaar te maken. De tijd begon te dringen, want de Chirowietjes waren ondertussen al op weg richting Kasterlee. Maar wij hadden nog duizend en één dingen te doen. Het decor moest nog afgewerkt worden, en dat was ook deze keer nog een hele berg werk dat we moesten verzetten. De grote tipi had nog maar twee muren, en daar moest nog een derde bijkomen, de tipi kreeg nog een vloer, de kleine tipi's kregen ook hun stof, het kamvuur werd functioneel, de indianenwas werd opgehangen, en de totempaal werd in het indianendorp gezet.


Toen dat allemaal klaar was, snelde ik naar binnen om daar alles op te ruimen en de banken ietwat deftig te zetten, want het was tijd. Er was zelfs geen tijd meer om te eten. We namen een stukje brood en een schelleke hesp mee, en stapten naar de ingang van het domein, door de regen. Gelukkig waren wij daar eerder dan de groep, want we moesten nog vanalles op internet opzoeken. Toen we op de computer aan het kijken waren, moesten we zelfs niet naar buiten kijken om te zien of de Chiro daar was of niet. Je kon er niet omheen. Iedereen heeft het gehoord dat DE CHIRO er was. Na een snelle lunchpauze trokken we met de groep verder naar het paviljoen, maar onderweg werden we opgehouden door Jarne, die zijn rugzak vergeten was aan de ingang. Blijkbaar was hij ook al zijn pet vergeten op de trein. Derde keer is trakteren! Aan dat tempo gaat hij veel mogen trakteren.


Hier eindigt mijn verhaal, voorlopig dan toch. De Chirowietjes traden binnen in ons nederig paviljoentje, en toen was het voor mij tijd om te vertrekken richting Oostende.

TO BE CONTINUED...


donderdag 21 juli 2011

Bivakdraaiboeken

Het is een beetje als een thesis. Je hebt er maanden werk aan. Je lay-out begint op het laatste moment te flippen en enorm vervelend te doen. Het is veel printwerk. En eens je het op papier en in een bundeltje hebt, is het leuk om er gewoon in te bladeren en het te bewonderen. “Dit heb ik gemaakt” denken en trots mogen zijn.

Het grote verschil is dat de verdediging van een thesis bijlange niet zo leuk is als die van een bivakdraaiboek. De verdediging van een bivakdraaiboek is kweetnieoe de max!




De volgende tien dagen zullen er alvast geen berichten op mijn blog verschijnen, maar jullie kunnen ons bivak-reilen en zeilen wel volgen op deze link

vrijdag 15 juli 2011

Het leven van een spons

Ik ben een spons. Een spons die alle frustraties en andere slechte gevoelens van anderen in zich opneemt. Ik slik en slik en slik. Tot de spons vol is. Tot het tijd is om eens uit te wringen. Die momenten zijn niet lief. Op die momenten zie ik geen enkel lichtpunt meer en wordt het dragen van al die zaken zo zwaar dat ik er geen zin meer in heb. In niets. Maar tot dat moment blijf ik slikken en slikken en slikken.

Ik denk dat de spons bijna vol is.

woensdag 13 juli 2011

Merkwaardige ontdekking

Vandaag ontdekte ik de echte Ligusterlaan. Dat verdient toch echt wel een plaatsje op mijn blog. Dat maak je ook niet elke dag mee hé. Ik reed er met mijn niet-vliegende auto door en zag dat het echt een dreuzelige dreuzelstraat is. 

maandag 11 juli 2011

Dingen waar ik een hekel aan heb

-         Mensen die zeggen: “Ik ben geen racist hoor, maar…”
-         Mensen die zeggen dat ze het leuk vinden als je een lief hebt, ook al is dat een meisje, maar die eigenlijk helemaal niet openstaan voor holebi’s.
-         Mensen die denken dat ze inspraak hebben in je privé-leven en dat ze beslissingen mogen maken voor je.
-         Niet naar de dubbele Harry Potter film kunnen gaan.
-         De kerstboom opruimen.
-         Jaloerse mensen.
-         Een coming out, en nog meer als die verplicht zijn.
-         Verslavingen waar ik niet van afraak.
-         Oorbellen verliezen.

Waarom maak ik eigenlijk een hekel-blog? Omdat ik stomverbaasd was toen mijn mailbox zich vulde met allerlei vreemde boodschappen. Het is niet aan anderen om te beslissen hoe, wanneer en bij wie ik mij out. Het is nog minder aan anderen om te beslissen dat ik mij niet mag outen, dat ik eeuwig en altijd in de kast moet blijven, omdat dat hun reputatie kan schaden. Zo’n mensen bestaan dus echt nog altijd en daar heb ik een hekel aan.

woensdag 6 juli 2011

Een nieuw begin

Het is nu al een week dat ik met trots kan zeggen dat ik opvoedster ben. Geen werkloze opvoedster, maar gewoonweg ‘opvoedster’. Mijn nieuwe job is een nieuw begin. De eerste dagen stonden mijn oren te flapperen en stond ik de helft van de tijd met mijn mond open van verbazing. Verbazing omdat ik als opvoedster zoveel zelf mag kiezen en beslissen. Verbazing omdat mijn nieuw werk in de verste verte niet lijkt op mijn vorig. Mag dat? Doen jullie dat? Wauw!

Of om het met papa zijn woorden te zeggen: “Alli gow, ’t is dus nie zo kinderachtig gelik kleine dennen”.

dinsdag 5 juli 2011

How not to raise your children

Toen ik in de trein zat, zat naast mij een jong gezin. Het kleine zusje schopte naar haar oudere broer. Het jongetje zei tegen zijn papa: “Ze stopt niet”. Waarop de papa zei: “Je bent een mietje. Je gaat vroeger naar je bed gaan hoor”.
Is het zo dat we jongens moeten leren dat ze niet mogen klagen, omdat ze daar anders gestraft voor worden? Is het zo dat we meisjes moeten leren dat ze jongens mogen slaan en schoppen, en dat die jongens daar maar moeten tegen kunnen.
Sommige ouders hé.

dinsdag 28 juni 2011

Verjaardag

Je eigen verjaardag is leuk. Toch als mensen je niet vergeten zijn. Maar eigenlijk is het ook een teleurstellende dag. Elk jaar kijk ik erg hard uit naar mijn verjaardag. Maar op het moment dat ik écht jarig ben, gebeurt er niets bijzonders, en dat vind ik jammer. Ik zou willen dat die dag niet zo onopgemerkt voorbij gaat, maar dat er vuurwerk uit mijn gat en oren komt, dat ik er als een prinsesje uitzie de hele dag, en vooral dat ik me jarig voel. Ik zou wel eens willen weten wat een jarig gevoel is, maar volgens mij is dat heerlijk. Tenzij je honderd wordt. Dan is het maar een domper, met dat derde getalletje daarbij. 

dinsdag 21 juni 2011

Over huizen en appartementen

In de afgelopen weken heb ik veel huizen en één appartement gezien in Brugge. Aan de buitenkant én aan de binnenkant. Ik zag rechte muren, scheve muren, zelfs ronde muren. Ik zag kleine toiletjes waar je met je benen in de lucht moet zitten wegens plaatsgebrek, maar ik zag ook een badkamer mèt terras. Ik zag een ronde keuken, een kleine keuken en een grote keuken. Ik zag een grote koer met een springkasteel, een minikoer met een vuilbak, en een badkamerkoer met een badkamer. Ik zag een lelijke straatnaam, een moeilijke straatnaam en een normale straatnaam. Ik zag een vermoeide makelaar, een fitte makelaar en een hyperactieve makelaar. Ik zag een hokje voor de wasmachine, een hokje voor de kleren, een hokje voor de bortsels, en geloof het of niet, ik zag zelfs een hokje voor de apothekeres.
Alle gekheid op een stokje, het is verdomd moeilijk om te kiezen onder welk van deze bizarre omstandigheden we willen wonen. 

maandag 20 juni 2011

Verkeerd verbonden

Als je iemand aan de lijn hebt die eigenlijk iemand anders probeerde te bellen, zeggen de meeste mensen:

“Verkeerd verbonden”

Mijn papa niet. Mijn papa zegt:

“Ja mo tgo verzekers nie vo mie zien want klapn ik vlams”

zaterdag 11 juni 2011

Over sleutels

In de voorbije maand veranderde mijn leven op vele vlakken. Dat kan je zien aan mijn sleutelbossen die ik overal meedraag.

Eerst en vooral is de fietssleutelbos. Hoe meer fietsen er gestolen worden hoe omvangrijker die werd. De oude sleutels blijven erbij, ook al zijn die in principe onbruikbaar geworden. Ik heb helemaal geen fiets of fietsslot meer voor die sleutels, maar de veel te grote sleutelbos is tegelijk ook een dagelijkse reminder voor mezelf die zegt: “Sluit je fiets goed. Voor je het weet ben je hem weer kwijt. Hoe leuk is het niet dat je dat allemaal met een fiets kan doen en niet moet wandelen!”

Aan mijn ‘gewone’ sleutelbos is er ook veel veranderd. Ik had eerst drie sleutels: één van de auto, één van thuis en één van mijn werk. Op eenendertig mei kon ik daar eentje van wegnemen, en gaf ik mijn sleutel af na mijn laatste werkdag. Vanaf dat moment hield ik een heerlijk lichte sleutelbos over. En neen, ik heb het niet over het gewicht van de sleutel, maar wel over het gewicht van het werk.

De heerlijk lichte sleutelbos kon niet blijven duren, en vandaag kwamen er uit een zeer onverwachte hoek twee nieuwe sleutels bij. Daar stond ze plots met twee sleutels in haar hand: “Alstublieft. Mijn reserve sleutels. Voor jou.” Daar hangen ze nu te pronken, want ze zijn toch echt meer dan dat beetje ijzer. ze zeggen tegen mij: “This is getting serious”. En wil je eens wat weten? Ik vind dat eigenlijk best wel leuk.  

maandag 23 mei 2011

Lief

Toen ik een klein kindje was, vulde ik heel graag vriendenboekjes in. Ik schreef altijd hetzelfde, en bij 'wat wil je later worden?' schreef ik mama. Dat zou ik nu nog steeds invullen, en soms wil ik dat héél graag, bijvoorbeeld wanneer ik zie hoe lief kindjes soms zijn voor hun mama. Kleine kindjes schrijven de liefste briefjes voor hun mama.

mama jij bent mei garten dief met je kadootjes ben je jaareg

vrijdag 20 mei 2011

Countdown

Gisteren werd het bevrijdende document getekend. Nu moet ik slechts acht keer richting Knokke tuffen, maar na die acht keer is dat voorgoed voorbij. Dan mag ik eindelijk mijn boterham weer met twee handen eten. Ik ga een beetje moeten oefenen, maar ik kijk er echt naar uit om beide handjes te gebruiken om een stuutje te eten. Het is dan eindelijk voorbij met verplichte boter en verplichte confituur. De ervaring draag ik eeuwig mee, want ik heb een hekel gekregen aan confituur en kan niet meer genieten van een lekker vers wit boterhammetje met aardbeienconfituur. Nu zeg ik: “Etje bah, confituur!” Nog even en dan kan ik terug zoveel choco smeren als ik wil, dan kan ik twee schelletje vlees op mijn boterham leggen, dan kan ik drie of vier porties nemen als ik het echt lekker vind, dan kan ik drinken op niet vastgelegde tijdstippen, dan kan ik meer dan twee glazen water drinken. Nog acht keer toekijken hoe pedagogisch onverantwoord een erkende jeugdinstelling wel kan zijn, en daarna ben ik vrij om te gaan en staan waar ik wil. Nog acht keer de domste afspraken ter wereld naleven en ze daarna voorgoed vergeten. Klinkt heerlijk! Nieuw hoofdstuk in mijn leven, here I come!

maandag 2 mei 2011

Potter fever

Vandaag kan je er niet omheen. Het grote nieuws van de dag is dat Osama Bin Laden na tien jaar eindelijk gedood werd. Het verhaal in het nieuws doet me denken aan Harry Potter en Heer Voldemort. Inwoners van de Verenigde Staten die voor het Witte Huis staan te dansen en feest te vieren, de Amerikaanse vlag wappert fier. Hij die niet genoemd mag worden is eindelijk verslaan. Het is een feest waar we de dood van een vreselijk iemand vieren. Potterlezers herkennen dit verhaal misschien ook een beetje. Tovenaars komen van overal op straat en zijn blij, opgelucht en vieren feest. De strijd is gestreden en de Heer van het Duister is verslagen. Al Quada zou naar horen zeggen uit elkaar vallen door deze gebeurtenis, net zoals de Dooddoeners ook verslagen zijn zonder hun meester.

Na al deze jaren van terreur en geweld, komt hopelijk eindelijk een einde aan de oorlogen en kunnen we hopelijk onze toverstokken terug voor de goede dingen gebruiken. Geen Avada Kedavra meer. Geen Imperius meer. Geen Cruciatus meer. Enkel nog Wingardium Leviosa en andere leuke spreuken.

Een minder leuk feit aan deze dag is dat het Bureau voor Bezemveiligheid <dat is een comité van het Magisch Verkeersbureau, en dat is een departement van het Ministerie van Toverkunst > me een brief zond omdat ik te snel per bezem vloog. Dat kost me weer een paar Galjoenen. En een Galjoen, dat zijn zeventien zilveren Sikkels, en één Sikkel, dat zijn negenentwintig Knoeten. Misschien moet ik in het vervolg een Onzichtbaarheidsmantel aantrekken, of een Kamoeflagespreuk gebruiken.

woensdag 13 april 2011

Nalor

Conversatie tussen moeder en dochter:

Mama: 'Ik ga nog eens een attack krijgen met jou'.
Kindje: 'Ik wil niet op het dak'.

woensdag 6 april 2011

Pech bij de dokter

Naar de dokter gaan is niet leuk. Ten eerste moet je al heel erg lang wachten omdat er zoveel mensen net op hetzelfde moment als jij naar de dokter gaan.

Het wachten is niet leuk omdat je boekjes moet lezen die ondertussen al drie maand lang bepoteld werden door allemaal zieke mensen. Bij het omslaan van elk blad zag ik een ziek oud mannetje voor me. Ik zag hem datzelfde boekje vasthouden, aan zijn vingers likken en het blad omdraaien, waarna hij onophoudelijk zou hoesten.

De boekjes bij de dokter zijn niet leuk, want er is enkel maar keuze uit Knack, Knack en Knack. Voor een simpele ziel als mezelf is dat oersaai natuurlijk. Na de eerste Knack volledig te doorbladeren zonder lezen, vond ik achteraan een sudoku. Ik haalde snel mijn balpen uit mijn tasje en begon te puzzelen, blij dat ik geen saaie artikels meer moest lezen. Weeral pech! De sudoku bleef onoplosbaar voor mij. Vreselijk om steeds zo teleurgesteld te worden als je ziek in de wachtzaal zit.

Bij de dokter zelf zijn, is ook niet leuk. Alles wat je zegt, klinkt zo hol in dat vreselijke kamertje. Je diagnose krijgen is ook niet leuk. Bij mij toch niet. Ik heb keer op keer de pech met kwaaltjes rond te lopen waar toch niets aan te doen is. “Je zal daar niet veel aan kunnen doen, je zal dat altijd blijven hebben”.

Na twee uur kan ik dan eindelijk terug naar huis. Mijn portemonnee is 23 euro lichter, maar mijn kwaaltjes zijn er nog steeds…

zondag 20 maart 2011

Chiro is...

Stoelen, potten, bezemstelen, kegels, ballen en emmers meenemen op de kabelbaan. In de regen buiten spelen en je niets aantrekken van de regen. Vol modder naar huis terugkeren. Mama’s blij maken omdat hun kindjes nat en vuil zijn om 17u. Liedjes zingen over het thema, over je afdeling, over de afwas, over het bivak. De vlag groeten en luid schreeuwen wat een toffe bende we wel zijn. Rollen in het gras, of dat nu nat is of niet. Misschien eens een snoepje geven aan de brave kindjes. Spaghetti serveren voor tweehonderd mensen, en je tegelijk afvragen wie die tweehonderd mensen zijn. Blikjes drinken en streepjes zetten. Eén keer in de week niet jezelf moeten zijn en mogen veranderen in heksen, spoken, piraten, duiveltjes, prinsen, vampieren, soldaten, clowns, dieren, en zelfs wc-madammen. Om half vier een koekje eten. Uitkijken naar het eerste bezoekje van de Rob en de Rover. Elke keer opnieuw genieten van de blije en enthousiaste gezichtjes van de chirowietjes die het plein oplopen om 14u. Piraten veroveren en een schatkist meesleuren door de stad. Nog maar thuis zijn van het klein bivak en al verlangen naar het groot. Er niet echt last minute uitzien. In de trein vergaderen en spelen. Gewoonweg leuk!

vrijdag 11 maart 2011

Kiezen is verliezen

Een weekendje winnen is leuk, maar ook niet leuk. Het is niet leuk om te moeten kiezen wie meegaat en wie thuisblijft. Daarom koos ik voor de laffe uitweg: mailen naar alle leuke mensen. Wie mee kan, gaat mee. Wie niet mee kan, blijft thuis. Easy as that. Was het maar zo eenvoudig…

Het zou maar al te mooi zijn al er precies vijf mensen zijn die mee willen. Dat kunnen er net zo goed zes of zeven of meer zijn. Gelukkig ben ik goed voorbereid. Ik koos namelijk vier criteria waarop mijn uitverkorenen zo goed mogelijk op moeten scoren:

  1. Lekker kunnen koken
  2. Grappig zijn
  3. Geen piraat zijn
  4. Auto
Spannend? Spannend! Gemeen? Verdomd gemeen!

dinsdag 22 februari 2011

Mannenlogica

Papa wil zijn werkkledij wassen, maar is het niet gewoon te moeten werken met de wasmachine. Hij vraagt raad aan de vrouw des huizes.

Papa: “Mogen daar vesten ook bij?”
Mama: “Welke vesten?”
Papa: “Vuile vesten”.

maandag 21 februari 2011

Poppen en schoenen

Toen ik zes was, wilde ik heel graag een pop krijgen van Sinterklaas. Niet zomaar een pop, want zelfs als zesjarige snotneus was ik al heel kieskeurig. Ik wilde een baby born, een pop die kon eten, drinken, wenen, pipi en kaka doen… Van mama moest ik dat zelf vragen aan de échte Sint. Dat was dik tegen mijn gedacht. Mijn vaste bloglezers weten ondertussen wel dat ik het niet zo voor die man heb. De motivatie was echter groot en ik zette even mijn angst opzij, zodat ik aan de Sint kon vragen wat ik zo graag wou. Flink meisje ben ik. Mama zei erna wel dat ze dacht dat ik dat niet zou krijgen. Beïnvloedbaar meisje ben ik. Ik hoopte, maar ik vreesde.

Toen was de dag er… De chocolade lag er, net als de mandarijntjes en de picknickjes. Wat broer en zus kregen weet ik niet meer. Maar wat ik kreeg, dat weet en heb ik nog steeds. Ik kreeg wèl een baby born. Luid roepend schopte ik mama uit het bed: “Ik heb wel een baby born gekregen! Ik heb wel een baby born gekregen!” Blij meisje was ik omdat mama verkeerd was geweest.

Deze pop was en is mijn kindje, ook al had ik er tientallen andere. Deze ene is en blijft mijn echte pop. Nu woont ze in mijn kast, in een stoeltje.



 
Deze week moest ik mijn kast opruimen. Mama wist dat en is stiekem in mijn kast gaan kijken. Toen zag ze de pop zitten en moest ze denken aan toen ik een klein meisje was, en dat vond ze leuk.

Poppen en schoenen? Ja, schoenen. De kast is heel netjes nu, maar er is geen plaats meer voor een pop. De schoenen hebben haar plaats ingenomen. Ik vertelde aan mama dat ik nog niet wist waar ik de pop moest doen. Toen werd ze boos. Ze zei dat de schoenen maar uit de kast moeten, dat de pop bij mij hoort, dat de pop bij mij moet blijven. Ik vond het gek dat mama zoveel belang hechtte aan de pop. Maar stiekem vond ik het ook een beetje leuk, want zo ben ik niet de enige die een plastiek kindje absoluut niet weg kan doen.

Plastiek kindje of niet… Ik ben 22 en dan moet een meisje schoenen in haar kast hebben, en geen poppen.

maandag 7 februari 2011

Een weekend uit het leven van...

Neuspiercing laten zetten. Warme chocolademelk drinken en een spelletje spelen met het vrouwtje. Verjaardag vieren van een toffe madam, waar ik dan nog een kus van kreeg! Aanwezig zijn op de vergadering van de jeugdraad. Naar de Chiro gaan. Zwemmen met de Chiro. Pas laat thuiskomen, snel eten, snel dutje en snel douchen. Werkvaliesje omtoveren in weekendvaliesje. Treinen naar Gent. Verbaasd toekijken dat iemand zijn lijntje snuift in de trein, daar dan graag veel aandacht bij zou krijgen en dus maar veel met zijn hoofd schudt. Niet op mijn gemak zitten in de trein met zó’n mensen, maar toch voornemen nummer twee volbrengen. Op zoek zijn naar de Winterstraat, maar ondertussen toch ook de Lentestraat, de Zomerstraat en de Herfststraat gezien hebben. Een gek leuk feestje in Gent. Een oude bekende terugzien en stomverbaasd zijn over hoeveel die nog weet, en hoe weinig ik nog weet van toen. Mensen ontmoeten en lachen met de verbazing in hun ogen en hun mond die openvalt als ze me zien. De vogeltjes horen fluiten op weg naar een geleend bed. Opstaan en blij zijn. Verder treinen naar Antwerpen. Niemand zien snuiven op de trein. Vlaggetjes ophangen in een lege woonkamer. De kamer zien volstromen met vrienden van mijn zus. Samen gepropt in de hoek van de woonkamer wachten tot ze binnenkomt. Niet mogen giechelen, en net wel veel willen giechelen omdat het zo spannend is. Lachen met de verbazing op haar gezicht, omdat haar huis plots vol mensen staat. Lachen, en praten en veel taart eten. Geen pita eten wegens te veel taart naar binnen gewerkt, maar toch niet Ramadannen. Tegen beter weten in toch pas de laatste trein naar huis nemen, omdat het er zo leuk is. Genieten tot de laatste seconde, en zelfs de treinrit naar huis gezellig vinden omdat het gezelschap zo fantastisch is.

dinsdag 1 februari 2011

Is dit mijn toekomst?

Vorige week toonde Koppen een verhaal van twee mannen die samen een kindje willen krijgen. Mij lijkt het perfect mogelijk dat twee papa’s een kindje opvoeden, maar dat is buiten de Belgische wetgeving gerekend. En zolang de regering op zich laat wachten, moeten deze vaders ook maar wachten.


“Er moet iets veranderen, het is ONZE toekomst”. Dat zijn de woorden waardoor ik besefte waar ik op een dag aan toe zal zijn.

Is het ook mijn toekomst om tegen de overheid te moeten vechten om een kind te mogen hebben? Is het mijn toekomst om beter geen kinderen te krijgen omdat het ‘niet normaal’ is om twee mama’s te hebben in plaats van een mama en een papa? Is het mijn toekomst om testen en procedures te moeten doorlopen vooraleer ik toestemming krijg om moeder te worden? Is het mijn toekomst om me steeds te moeten verantwoorden en bewijzen omdat ik niet in het traditionele plaatje pas?

Ik kan het niet helpen, maar mijn werk speelt ook een rol in dit verhaal. Ik zit op de eerste rij om te zien hoe kinderen in een voorziening geplaatst worden, omdat ouders de zorg niet op zich kunnen nemen. Zou ik dan wel voor deze kinderen mogen zorgen, maar als het om eigen kinderen gaat, een test moeten afleggen? Zou ik dan gecheckt en gedubbelcheckt moeten worden om zeker te zijn of ik wel zal voldoen als moeder? En waarom, oh waarom, gebeurt dit enkel bij mensen die de pech hebben die niet op de natuurlijke manier kinderen kunnen krijgen? Waarom worden deze mensen zo lang opgevolgd om zeker te zijn dat zij (of wij) voldoende capaciteiten en draagkracht hebben om een kind op te voeden? Dat vraag ik me vaak af.


zondag 30 januari 2011

Gelukkig leven

Het geluk in mijn leven zit hem niet soms, maar heel vaak in kleine dingen, zoals...
Na maanden winterweer te moeten doorstaan, genieten van een zonnestraal waarvan ik al vergeten was dat die ook bestaat. Opwarmen aan de kachel na de bittere kou. Collega’s die zeggen dat ik het goed doe, en kindjes die enthousiast mijn naam roepen als ik binnen kom. Lange nagels kortknippen, versgeschoren benen en pas gewassen haar. Nachtelijke wandelingen in Brugge. Pannenkoeken eten op zondag, en tegelijk bij leuke mensen zijn. De deur zachtjes horen kraken, mijn broer zien binnenstappen, en even niet het enige kind thuis zijn. Tripjes naar Antwerpen en beseffen dat mijn allerbeste vriendin onvervangbaar is. De dag starten met een heerlijke verse croissant. Stiekem denken aan iemand die ik toch een beetje graag zie, dat maakt me blij.

zaterdag 29 januari 2011

De mooiste tekening

Enkele weken geleden kreeg ik op een chironamiddag een tekening van een kindje. Ik vroeg: “Is dat voor de leiding?” en zijn antwoord was: “Nee, voor jou”. En toen kreeg ik de mooiste tekening die ik ooit van iemand kreeg.

zondag 9 januari 2011

Een dag uit het leven van...

Lang blijven slapen. Opstaan tegen de middag. Eten voor ontbijt en middag tegelijk. Te lui zijn om te beslissen wat we gaan doen. Niets doen, behalve blijven vragen aan elkaar wat we gaan doen. Onverwachts bezoek krijgen van een man op stelten. Toch naar buiten gaan, omdat wandelen met een man op stelten zoveel spectaculairder is dan gewoon wandelen. Op bezoek gaan bij de man op stelten. Slangen, leguanen en andere reptielen zien en er zelfs eentje aanraken. Oppassen dat de slangenhuid niet op je hoofd valt. Luisteren naar de ambitieuze plannen van steltenman. Enthousiast worden over de ambitieuze plannen. Thuis een taartje eten voor de verjaardag van zus. ’s Avonds laat zien hoe zus een geschenkje krijgt voor haar verjaardag. Zien hoe blij ze is met haar nieuwe pen. Met briefjes moeten communiceren omdat ze haar nieuwe pen wil gebruiken, en je opeens weer een echte tiener voelen.

vrijdag 7 januari 2011

Murphy


Vandaag ging ik shoppen en dat ging als volgt:

-         Ik kwam tot de vaststelling dat mijn fiets gestolen is.
-         Ik kwam tot de vaststelling dat ik eigenlijk geen kleren nodig heb momenteel, en dat ik daar dus zinloos rondliep.
-         Ik paste toch een broek. Toen ik mijn botjes weer wilde aandoen, kreeg ik mijn rechtervoet niet meer in mijn botje.

Gek genoeg ben ik er niet slechtgezind van geworden, want…

-         Het was een slechte fiets, hij was zelfs kapot. Ik had een andere fiets mee.
-         Ik kocht oorbellen, dus zo zinloos was het niet meer.
-         Ik kon gelukkig fietsen, dus moest ik niet stappen met mijn voet half in mijn schoen.

maandag 3 januari 2011

Voornemens

Mijn enige voornemen bij het begin van 2010 was me te ontdoen van een uitgedoofde liefde. Dat voornemen ben ik flink nagekomen.
Vandaag laat ik de wijde wereld weten wat ik in 2011 moet doen van en voor mezelf.

-         Mijn best doen in de liefde
-         Tonen wie ik ben zonder bang zijn
-         Meer bloggen*
-         Sofie helpen met haar voornemens en meer koekjes maken die zij moet opeten
-         Rijke vrienden zoeken en met hun dure auto’s rijden
-         Veel mijn Chirorokje aandoen
-         Meer perforeren
-         Minstens één keer in de krant staan

* Telt deze post ook al?

zondag 2 januari 2011

Een jaar vol spanning, veranderingen en durf! Mijn 2010

Ik werd vrijgezel. Sofie vond het boekje over Sofie in haar bibliotheek. Het was geen droom, het boek bestaat echt en staat nu in mijn kast.  Ik ging terug in de Jongerengroep. Ik werd werkloos, maar had er een goeie vriendin bij. Elke keer ik kon, ging ik met mama naar het ziekenhuis toen ze ziek was. Ik kreeg een medaille voor mijn tiende bloedgeverbeurt. Ik perforeerde mijn oren. Ik gaf het weight watchen een kans, maar gaf het watchen snel op en liet enkel weight over. Ik schilderde me te pletter voor het speelplein. Ik zag een oude bekende terug. Ik werd allergisch aan purol en was genoodzaakt labello te smeren. Ik stond in mijn onderbroek op de Burg in Brugge. Ik ging op reis naar Londen en de maan. Ik verloor een discussie. Ik ging uit de Jongerengroep. Ik werd meter van een poes. De poes kreeg speelgoed van mij. Oude bekende terugzien resulteerde in een leuke vriendschap. Ik richtte een Chiro op met mijn vriendinnen. Ik ging opnieuw werken waar ik vorig jaar werkte. Ik maakte veel nieuwe vrienden. Leuke vriendschap met oude bekende resulteerde in verliefdheid. Ik won twee wedstrijden. Ik leerde hoe ik Stout?Moedig! moet zijn. Maar ik ben nog steeds een even grote giecheltrut die ik altijd al was.